Biota Nitro 2021
Biota Nitro 2021 is een stikstofmeststof in organische vorm die zowel de plant als het bodemleven voedt. De stikstof in Biota Nitro bestaat voornamelijk uit peptiden en aminozuren, stoffen die essentieel zijn voor de groei van de plant. De aminozuren in Biota Nitro 2021 zijn gemaakt van plantenresten en daardoor uitermate geschikt voor planten. Ondanks het hoge organischestofgehalte is de vloeistof helder en geschikt voor gebruik in irrigatiesystemen en druppelleidingen. Daarnaast is Biota Nitro 2021 geschikt voor bladbemesting, bijvoorbeeld wanneer de plant een stikstoftekort heeft.
Samenstelling
% w/w | |
---|---|
Totaal Stikstof (N) | 10% |
Organische stikstof (N-org) | 9.6% |
Ammonium-stikstof (N-NH4) | 0.4% |
Organische stof | 47% |
Eigenschappen
Kleur | Lichtbruin |
---|---|
pH | 4.5 – 5.5 |
Dichtheid (kg/l) | 1.18 – 1.22 |
Verpakking
Inhoud (liter) | |
---|---|
Can | 5, 10, 20 |
Vat | 220 |
IBC | 1000 |
Opslag
Opslaan in een donkere en droge omgeving bij 10 – 25 °C.
Houd het deksel goed gesloten tijdens opslag om een constant vochtgehalte te behouden.
Houdbaarheid 1,5 – 2 jaar.
- Direct beschikbare stikstof in organische vorm
- Voedt het bodemleven
- Vermindert bodemstress
Biota Nutri adviseert om altijd het recept te volgen dat speciaal voor jouw situatie is gemaakt door een deskundige. Voer altijd een proef uit voor het mengen en toedienen! Bij onjuist gebruik kunnen geen garanties worden gegeven. Biota Nitro 2021 kan op alle gewassen worden gebruikt door middel van bladtoepassing en irrigatie. Bij toepassing als primaire meststof is de toepassing gelijk aan minerale meststoffen. Algemene richtlijnen voor aanbevolen gebruik:
Toepassing | Dosis | Dosering | |
Bladbemesting | 10 – 15 litre/ha (1 – 1.5%) | 4 – 8 toepassingen | |
Irrigation | Landbouw | 5 – 10 ml/liter | Wekelijks |
Tuinbouw | 2 – 4 ml/liter (8 – 16 mmol) | Bij elke bewatering |
TEELT | TOEPASSING |
Groenten | Start gedurende 5 tot 6 weken tijdens de ontwikkeling van de eerste wortels. Wekelijks gebruiken tijdens vegetatieve ontwikkeling, vruchtvorming en waterstress. |
Katoen | Eerste 5 weken na het planten. Wekelijks toepassen vanaf net voor de bloei totdat de laatste knop zich heeft ontwikkeld. |
Mais | Start gedurende 5 tot 6 weken tijdens de ontwikkeling van de eerste wortels. 3-4 toepassingen elke 7-15 dagen vanaf de bloei tot de laatste knop is ontwikkeld. |
Citrus- en fruitbomen | Begin wanneer de eerste bladeren of knoppen zich vormen. Herhaal elke 7-15 dagen. |
Druiven en olijf | Elke 7-15 dagen van bloei tot vruchtontwikkeling. |
Sierteelt | Start gedurende 5-6 weken tijdens de ontwikkeling van de eerste wortels. Wekelijks aanbrengen, vooral tijdens knopvorming. |
Aardappel | Tijdens de ontwikkeling van knollen, vooral in zandgronden en aan het einde van de vegetatieve fase. |
Vanwege verschillen in regionale regelgeving kunt u contact met ons opnemen voor de documenten die gelden voor uw specifieke locatie.